Copaxone

Dit is een 1ste lijns medicatie die bij mensen met relapsing vormen van MS wordt ingezet om de klachten te verminderen en achteruitgang door de ziekte zoveel mogelijk te beperken.

Werkzaamheid

De werkzame stof van Copaxone is glatirameeracetaat. Tijdens een ontstekingsreactie bij MS binden cellen van het immuunsysteem, witte bloedcellen, aan het eiwitfragment van de myeline. De eiwitfragmenten die in Copaxone zitten lijken op myeline. Specifieke witte bloedcellen binden aan Copaxone. Hierdoor wordt er een reactie opgewekt door het immuunsysteem die de ontstekingsreactie onderdrukt. Uit onderzoek is gebleken dat na onderhuidse toediening van Copaxone een reactie van het immuunsysteem optreedt die helpt de ontstekingen in de hersenen bij MS te onderdrukken. Door die immuunreactie ontstaat een groep specifieke immuuncellen, die via het bloed de hersenen kunnen bereiken. In de hersenen scheiden deze cellen stoffen uit die ervoor zorgen dat het ontstekingsproces

wordt geremd. Zo kan beschadiging van het myeline en de zenuwen worden voorkomen. Deze belangrijke beschermende werking van Copaxone zorgt er uiteindelijk voor dat ongeveer 1/3 van de aanvallen wordt voorkomen en er een gunstig effect is op de resultaten van de MRI scan.

Toediening

Copaxone kunt u zelf toedienen via een injectie onder de huid (subcutaan), de voorgevulde spuit is in twee verschillende doseringen beschikbaar:

1. 40 mg glatirameeracetaat/ml 3x per week:

Toediening met tussenpozen van minimaal 48 uur. Wij raden u aan om het medicijn elke week op dezelfde dagen toe te dienen (bijvoorbeeld  ma-woe-vrij).

2. 20 mg glatirameeracetaat/ml 7x per week:

Dagelijkse toediening.

Copaxone kunt u bewaren in de koelkast (2°C - 8°C), tot aan de op de verpakking vermelde houdbaarheidsdatum. De voorgevulde spuiten kunnen gedurende één maand buiten de koelkast bewaard worden bij kamertemperatuur.

Effect

Uit onderzoek is gebleken dat Copaxone het aantal aanvallen vermindert en een gunstig effect heeft op de resultaten van de MRI scan.   

Voor wie geschikt?

Copaxone kan voorgeschreven worden door de neuroloog aan mensen met relapsing vormen van MS (afwisseling van aanvallen en herstelmomenten). 

Bijwerkingen

De meest voorkomende bijwerkingen van Copaxone zijn huidreacties op de injectieplaats. Een enkele keer treedt er enkele minuten na de injectie een reactie op, een IPIR genaamd: roodheid van de borst of het gelaat, een beklemmend gevoel in de borst, hartkloppingen en kortademigheid. Dit verdwijnt gewoonlijk binnen een half uur. Hoewel het een onplezierige ervaring is, heeft dit geen verdere lichamelijke gevolgen. Behandeling is dan ook niet nodig. Mocht de reactie langer dan 30 minuten aanhouden, raadpleeg dan een arts.

Bovenstaande bijwerkingen komen minder vaak voor bij Copaxone 40 mg/ml 3x per week dan bij Copaxone 20 mg/ml 7x per week.

Welke onderzoeken kunt u verwachten

Neurologisch onderzoek
Wanneer u Copaxone gebruikt, dan zal de neuroloog de ziekteactiviteit bij u volgen. Deze activiteit wordt bepaald aan de hand van de neurologische klachten. Zo wordt er gekeken of er schubs (aanvallen) optreden. Indien nodig wordt na verloop van tijd een nieuwe MRI-scan gemaakt. Er zijn tijdens de behandeling met Copaxone normaal gesproken geen extra controles op bloed- of leverwaarden nodig. Wanneer u nier- of hartproblemen heeft, kan het zijn dat u regelmatig testen en controles moet ondergaan. 

Communiceer met uw arts

Als u een bijwerking ervaart tijdens het gebruik van Copaxone, dan is het verstandig om uw neuroloog of MS verpleegkundige te raadplegen. Ook in de volgende situaties is het erg belangrijk om te overleggen met uw behandeld arts: 

Als u last krijgt van nieuwe MS Klachten die langer dan 24 uur aanhouden. Als u andere medicijnen naast Copaxone gaat gebruiken (ook homeopathische middelen), als u zwanger wilt worden of bent en als u wilt stoppen met het middel.